In Oostenrijk

zomer 2005 zijn we verhuisd naar Oostenrijk. Hier schrijf ik alle dingen die ons overkomen. Voornamelijk gerelateerd aan Oostenrijk, maar natuurlijk niet continu.

vrijdag, december 21, 2007

kerstgedichtje

Daar ik niets anders te melden heb dan dat onze gasten vannacht zijn aangekomen, ze nu aan het skiën zijn, Paul z´n benen uit z´n gat loopt te rennen voor de klanten om alles op tijd af te krijgen, het weer alleen maar prachtig te noemen is, vandaag een gedichtje waarmee Joris thuiskwam van Kindergarten.
Het is zwaar dialekt en vertalen doe ik het niet, maar misschien toch leuk om te lezen.

S kloane Engerl

A ganz a kloans Engerl, des hat so sche bitt:
Geh Christkindl nimm mi aufd Erd amoi mit.
I mecht so gern sehng, wia zua heiligen Zeit
sich ois aufs liabe Christkindl gfreit!

Und weil´s sunst so brav wor, so hots si uzong,
und is mitn Christkindl aufd Erd oichigflong.
Zeascht kemmans in Woid, der wor volla Schnee,
do fütterns mitn Lebkuchn d´Haserl und d´Reh.

Gell, des is sche, hots Christkindl gmant,
doch wia sa si umdraht, do hots Engerl gwant.
Jo, wos host denn, mei Hascherl, host goa was valuan?
Na, Christkindl, i hob ma mei Zecherl dafruan!

Jo, sapperment und huastn tuast a,
Do fliang ma glei auffi zum Himmelpapa.
Do legst di glei nieda und deckst di fest zua
Und mochst deine Äugerl zua, bis morgn in da Fruah.

An Wickel kriagst a und an recht hoassn Tee
Und a Pflasterl aufs Zecherl, dann tuats nimma weh.
Und so is donn geschechn, und scho über d´Nocht
wors Engerl gonz gsund und hot wieda glocht.

Nur oans hätts so vü gern mögn,
a glänzates Christbamerl hatts so vü gern gsehn.
A wos, hats docht, zu wos long studiern,
i werds nächstes Jahr glei no amoi probiern.





Nou vooruit, toch maar een vertaling, want ik had dit 2 jaar terug ook niet begrepen.


Het kleine engeltje

Een heel klein engeltje, dat had zo´n mooie wens:
Ach Christkind neem me eens mee naar de aarde.
Ik zou zo graag willen zien, hoe voor deze heilige tijd
alles zich op het Christkind verheugd!

En omdat het altijd zo braaf was, heeft het zich aangekleed
en is met het Christkind naar beneden naar de aarde gevlogen.
Eerst kwamen ze in het bos, dat lag vol met sneeuw,
daar voerden ze lebkuchen aan de hazen en reeën.

Wauw, dat is mooi, meende het Christkind,
maar toen het zich omdraaide was het engeltje aan het huilen.
Wat is er met jou, mijn liefje, heb je wat verloren?
Nee Christkind, maar mijn tenen zijn bevroren!

Ja, sapperloot en hoesten doe je ook,
We vliegen meteen omhoog naar de hemelpappa.
Daar ga je meteen naar bed en dek je goed toe
en doe je ogen dicht, tot morgen vroeg.

Je krijgt ook een wikkel en een heel hete kop thee
en een pleister op je teentje, dan doet het niet meer pijn.
En zo is het dan gebeurd, en al de volgende dag
was het engeltje helemaal gezond en heeft weer gelachen.

Slecht 1 ding had het zo graag gewild,
een glanzend kerstboompje had het zo graag gezien.
Ach wat, dacht het toen, waarom lang daarover nadenken
ik ga het gewoon volgend jaar meteen nog een keer proberen.